Oude Lissewegenaars vertellen: de onderaardse gangen van de tempeliers
Al eeuwenlang hangt er mysterie rond het dorp Lissewege. Legendes zijn er overal, maar eentje dat in Lissewege hardnekkig terugkeert is dat er onderaardse gangen zouden bestaan die de tempeliers zouden gegraven hebben om te kunnen vluchten. Is het feit of fictie? Dat weet ik niet, maar de fictieschrijver in mij wil dit graag geloven natuurlijk. Misschien toch eventjes teruggrijpen naar wat oudere Lissewegenaars vertellen.
1. Inspiratie door Johan Ballegeer
Het was Lissewegenaar en jeugdauteur Johan Ballegeer die mij op het spoor van de tempeliers zette. Ooit had ik hem als kind geĆÆnterviewd (lees hier het blogbericht op mijn website Bo Vickery: woorden uit het verleden).
Rob, een vriend van mij vertelde me drie jaar geleden dat er een interessant boekje bestond van Johan Ballegeer uit 1985 dat ik nog niet kende: De kerk van Lissewege, de tempeliers, de compagnons: een alternatieve hypothese. Dat bracht me op het spoor van de tempeliers en oude legendes.
Dat de tempeliers een deel van de tienden van Lissewege kregen vertelt wel dat ze iets hadden met het dorp:
" Ook de Tempeliers hadden tienden te Lissewege: ā...de voorn. Orde heeft in de prochie van Lisseweghe een Thiende ghenaempt de VIJFVE-ZESSE, dats te wetene den vijfsten en zesden schoof van de Thiende (van) gheheel de Prochieā (Comm. Caestr. f.244)."
Bron: BALLEGEER, J., "Topografie van Lissewege - vervolg deel III", Rond de Poldertorens, 1960, 9-13.
Ook in andere heemkundige artikels wordt er verwezen naar de volkslegenden die een verband leggen tussen de tempeliers, Lissewege en Ter Doest. Zoals bijvoorbeeld het artikel van WINTEIN, W., "Kaart van de oude gemeente Koolkerke met een bijhorende historische schets tot 1850 - deel 1", Rond de poldertorens, 1965, 1-41, waarin er wordt verteld dat hoeve De roode poort in Koolkerke een hofstede van de tempeliers zou geweest zijn, maar ook dat volgens oud volksgeloof de abdij van Ter Doest, een abdij 'van de tempeliers' zou zijn. Volksverhalen zijn natuurlijk volksverhalen, maar toch? Zolang de site van Ter Doest niet serieus archeologisch onderzocht wordt, weet je het niet.
Want sommige legendes lijken een beetje absurd, zelfs in Lo werd er in 1884 geschreven over een onderaardse gang van de tempeliers die door zou lopen tot naar Ter Doest in Lissewege. Bron: de kronieken van de westhoek. Om maar te zeggen dat onderaardse gangen, tempeliers en Lissewege (Ter Doest) ook in andere streken terugkeert in legendes.
2. De interviews uit de jaren '70
Magda Cafmeyer, een heemkundige, interviewde in 1970 en 1971 oudere Lissewegenaars die toen hoogbejaard waren. Het ging vooral over het leven in het dorp en het graven van het Boudewijnkanaal. Maar bijna allemaal kwam er ook wel Ć©Ć©n of ander verhaal aan bod over een toegang tot de onderaardse gangen van de tempeliers. Ik haal de teksten hierover eventjes aan.
Moens de metser
Dat er nog het Ć©Ć©n en het ander te vinden is in de gronden van bijv. Ter Doest blijkt uit dit stukje uit het verhaal van Moens de metser:
"Voor boer Vanden Berghe hebben we op 't Groot ter Doest ook nog gewerkt, wij Biekorf. Jaargang 71 302 moesten eens een sieteern delven en op een kleine twee meter diep kwamen we op arduinen zerkstenen gelijk in de kerk, zo dat is allszins oud patersgoed van vroeger eeuwen. In de korte dreve kwamen wij op ākornootjesā (?) alzo gangstjes 25 centimeter breed en al in moefen van 30 op 16 centimeter. Wij moesten ze naar de kerk voeren van pastor Munte (Pitte) om de nodige herstellingen te doen na de eerste oorlog."
Het volledige interview met Moens, vind je hier.
Tobbe van Oelem
Tobbe beweert dat hij gehoord heeft dat bij het graven van het Boudewijnkanaal gangen naar Dudzele zouden doorbroken zijn.
"In de Grote bogaard lag er een molensteen en dat was, zo ze zegden, 't deksel boven de ingang van de onderaardse gang naar de kerk van Dudzele. Die paters waren zeer rijk en alzo kosten ze wegvluchten tegen dat ze overvallen werden. Ze beweerden dat er nog zeven peerden aan de molensteen getrokken hadden en ze kregen hem niet weg. Met het uitdelven van de vaart zou die gang doorgegraven geweest zijn. De Duitsers noemden Ter Doest het Kloosterhof, zo er moeten daar toch paters gewoond hebben."
Het volledige interview met Tobbe van Oelem, lees je hier. Ook het tweede deel van het interview kan je via deze link lezen.
De oude Gille
De oude Gille spreekt ook over de onderaardse gang waarover hij had horen vertellen en over de molensteen die hij kapot geslagen had. Dat de gang doorbroken is geweest door het graven van het Boudewijnkanaal komt ook hier aan bod.
"Als ik getrouwd was heb ik daar drie jaar in 't poortgebouw van Ter Doest gewoond als knecht. Ge moet dat goed verstaan, mijn vrouw was familie van Vanden Berghes tweede wijf, dat was rond 't jaar elve (1911). Zij pachtten aan 't Bisdom want dat was vroeger een klooster van paters en ik had dikwijls horen vertellen van de onderaardse gang van Ter Doest naar de sakristie van Dudzele. In't delven van de vaart zou die gang onderbroken geweest zijn zonder dat de dijkedelvers erop geschaft hadden. Nu in de Bogaard (bilk) lag er een grote steen die niemand kost opheffen en ze zeiden dat daar de ingang was van die gang. Ik probeerde met vier peerden om de steen op te trekken en al dat ik vond was de grond zo hard als been, daarmee heb ik niet verder gezocht. Ik heb de steen aan stukken geslegen met een grote voorhamer, hij sprong gelijk glas, en 'k heb de brokken in een slechte weg gevoerd."
Het volledige interview met de oude Gille vind je hier.
Hadden deze Lissewegenaars te veel fantasie of hadden zij het verhaal van het doorbreken van de onderaardse gang vernomen van hun familie die meehielp met het graven van het Boudewijnkanaal?
3. De band tussen de tempeliers en de graven van Vlaanderen
Dat de tempeliers een nauwe band hadden met Robrecht de Bethune en zijn vader Gwijde van Dampierre, de graven van Vlaanderen in de periode voor, tijdens en na de Guldensporenslag (1300-1307), las ik in een artikel van Bernard Schotte. De commandeur van de tempeliers van Vlaanderen, Pieter Uten Zacke gaf leningen en geldvoorschotten aan de graven en kocht van hen gronden. Hij kreeg ook schenkingen van Gwijde van Dampierre. Pieter Uten Zacke was ook Ć©Ć©n van de drie raadgevers van Filip van Chieti die het regentschap waarnam toen zijn vader Gwijde en broer Robrecht gevangen zaten bij de Franse koning Filips de Schone. Hij leidde de opstand tegen de Franse koning, o.a. bij de slag van Pevelenberg in 1304 waar de Vlamingen verslagen werden. Maar deze veldslag is in de nevelen van de geschiedenis verdwenen, terwijl de Guldensporenslag in 1302 wel bekend is. Het is wat wij winnen wat we onthouden, niet de nederlagen. De geschiedenis wordt geschreven door winnaars en over winnaars, niet over nederlagen. Nochtans behoren zij ook tot de geschiedenis. Pevelenberg wordt jaarlijks enkel nog eens vermeld tijdens de koers Parijs-Roubaix (Mont-en-PĆ©vĆØles). Wat er in Vlaanderen met de tempeliers gebeurde na het arrestatiebevel in 1307 is een beetje mistig. Alleen denk ik wel eens: als de banden zo nauw waren tussen de graven van Vlaanderen en de tempeliers en beiden een probleem hadden met Filips de Schone, dan ligt een samenwerking voor de hand als Ć©Ć©n van de twee in de problemen zit. Wat denk jij?
4. De tempeliers komen terug tevoorschijn
Ik schrijf dit artikel nadat ik als auteur Bo Vickery opnames heb gehad voor Vlaanderen Vakantieland. Tijdens opnames voor televisie moet je een afgesproken scenario volgen en in mijn geval was dat vertellen over de band tussen de tempeliers en Lissewege en de mogelijkheid dat de schat van de tempeliers in Lissewege verborgen is (lees mijn blogartikel De 10 geboden om opnames van Vlaanderen Vakantieland te overleven).
Maar wat stel ik vandaag, een week voor de uitzending vast: de tempeliers komen ook echt tevoorschijn. Zowel in Zwankendamme als in Brugge vonden er plechtigheden plaats in het openbaar met afdelingen van de huidige tempeliersorde. Want ja, die bestaat nog.
Je vindt beelden hierover bij:
't Lissewegenartje: link naar de sfeerbeelden - link naar de website (bekijk het blogartikel van 25/9/2021)
- Facebook The Bruges Feeling, bericht van 26 september 2021 (bericht kan niet gedeeld worden want besloten groep, maar de moeite waard voor Bruggelingen en Brugge-liefhebbers om te volgen).
Je vraagt je soms af of dit toeval is of niet of komen de tempeliers in Lissewege terug tevoorschijn?
Conclusie over deze legendes en verhalen is uiteindelijk dat we het niet weten hoe de situatie vroeger ooit was. Ik moet echter als ik verhalen over Lissewege en tempeliers hoor, denken aan : is er rook zonder vuur? Slechts serieus archeologisch onderzoek kan iets meer klaarheid brengen over de geschiedenis van de abdij van Ter Doest. En wie weet, wordt er een verband met de tempeliers effectief ontdekt?